Pannerden

Pannerden maakt tegenwoordig deel uit van de gemeente Rijnwaarden. Naast Pannerden bestaat Rijnwaarden uit de dorpen Aerdt, Herwen, Tolkamer, Lobith (en Tuindorp) en Spijk. Deze plaatsen liggen tussen de Rijn en de vroegere Rijnbedding, ook wel Het Gelders Eiland genoemd. Rijnwaarden is ontstaan op 1 januari 1985 en beslaat ongeveer 4500 hectare. De gehele gemeente telt iets meer dan 11.000 inwoners waar Pannerden er ruim 2000 van voor z’n rekening neemt.

Pannerden is prachtig gelegen in het Rijnstrangengebied. Dit gebied met z’n grienden, water- en moerasvegetaties, wilgenbosjes en natte graslanden maakt deel uit van het natuurreservaat "De Gelderse Poort". De Gelderse Poort omvat zowel oude rivierarmen, grienden en kolken, als de uiterwaarden van het huidige rivierbed. Meest in het oog springende dieren zijn de ganzen die in grote aantallen foerageren in de uiterwaarden.

Historie

Pannerden en omgeving is reeds sinds de oudheid bewoond. Dit is vooral aan de Rijn en de Waal te danken, via welke de Romeinen, Bataven, en Franken ons gebied binnen kwamen en hun sporen achter lieten. In de Bijlandse Waard zijn bijvoorbeeld unieke Romeinse resten gevonden.
Zeker is dat er sinds het jaar 1000 permanente bewoning was in de omgeving die wij nu kennen als Pannerden (uit die tijd stamt ook de eerst bekende naamsvermelding). Het toenmalige Pannerden was een nederzetting rondom een versterkt huis, later ook wel bekend als het kasteel Scathe of Bijland (Heukelumshof). In 1284 werd Pannerden door de proost van Luik verkocht aan het kapittel van Emmerik en kort daarop in erfpacht uitgegeven aan Willem Doys, die ook het kasteel Scate of Byland bij Pannerden van de graaf van Kleef in leen had. Zijn kleindochter Sophia trouwde met Willem, heer/graaf van Bergh. Deze Willem werd daarmee in 1346 heer van Pannerden, dat tot 1801 een leen van de heren van huis Bergh bleef. In 1801 (1803?) kocht Carel Herman van Nispen met mr. Hoevel de heerlijkheid Pannerden (goederen en rechten), die tot op dat moment in het bezit van de familie Bergh waren geweest.
Het jaar 1817 is een keerpunt, het (toen nog Pruisische) Gelders Eiland werd bij het Koninkrijk der Nederlanden gevoegd en Pannerden werd een zelfstandige gemeente. Op 21 oktober 1879 verleende koning Willem III Pannerden een eigen gemeentewapen, waarop een steenoven centraal staat.

Ook heeft Willem III de bouw van fort Pannerden mogelijk gemaakt, één van de belangrijkste forten van Nederland.
In de twintigste eeuw zijn de twee meest belangwekkende gebeurtenissen de overstroming van 1926 en de Tweede Wereldoorlog. Bij beide gebeurtenissen heeft Pannerden flink geleden. In 1985 houdt Pannerden op te bestaan als zelfstandige gemeente.

De rivier

De geschiedenis van Pannerden is nauw verweven met de rivier. Als naamgever voor het Pannerdensch kanaal is Pannerden bij de meeste Nederlanders wel bekend, vooral sinds de Betuweroute een honderden miljoenen kostende tunnel onder het Pannerdensch kanaal bevat.
De in ruime mate aanwezige (rivier)klei, in honderden jaren afgezet door de Rijn, vormt de vestigingsbasis voor een aantal grote steenfabrieken in de omgeving van Pannerden. En waar steenfabrieken zijn, zijn vaak ook palletfabrieken te vinden, wat ook in Pannerden het geval is.
De loop van de rivier is in de afgelopen duizend jaar vele malen gewijzigd, met als resultaat vele bochtige dijkjes langs vrijwel dichtgegroeide oude rivierlopen, de Rijnstrangen. Rond 1300 lag de splitsing van Rijn en Waal nog in de buurt van Spijk, waarbij de Rijn meer ten noordoosten van Pannerden liep. Pannerden maakte toen nog deel uit van de Betuwe. Nadat de stroom verschillende malen van loop wijzigde, en er telkens weer verzanding optrad, werd scheepvaart steeds moeizamer. Daarom is in het begin van de 18e eeuw het Pannerdensch kanaal gegraven (tussen Pannerden en Loo, gereed in 1707) als nieuwe loop van de Rijn.

De splitsing tussen Waal en Rijn kwam daardoor bij de Pannerdensche kop te liggen, en werd Pannerden definitief van de Betuwe afgesneden. Het hierdoor ontstane "Gelders Eiland" heeft zowel economisch als cultureel belemmerend gewerkt. Aan de andere kant heeft de geïsoleerde ligging van Pannerden er wel voor gezorgd dat het eigen karakter tot in de huidige tijd is vastgehouden, en Pannerden nog een hechte gemeenschap is. Dit laatste blijkt duidelijk uit het bloeiende verenigingsleven.

De rivier heeft niet altijd een positieve invloed gehad. Regelmatig zijn er overstromingen geweest, de laatste in 1926. In 1995 was het weer spannend, maar behalve spectaculaire beelden van een bijna overlopende rivier is er niets gebeurd. De stand van de Rijn kan enorm variëren. De laagste waterstand werd gemeten in 2003 toen de Rijn bij Lobith een stand aangaf van 6.91 m boven NAP, en er nauwelijks scheepvaart mogelijk was. Tijdens de overstroming van 1926 is de hoogste stand gemeten, 16.92 m boven NAP, een verschil van ruim 10 meter (in januari 1995 was de hoogst gemeten stand 16.69 m boven NAP).

Harry Vroom ©2006